Besluitvorming

De afdeling Kunsten, de beoordelingscommissies, de minister en in sommige gevallen de Vlaamse Regering hebben elk hun specifieke taken binnen het besluitvormingsproces.

 

Afdeling

De afdeling Kunsten zorgt voor het ontvankelijkheidsonderzoek van de aanvraagdossiers en de zakelijke beoordeling ervan. Zij bezorgt de zakelijke en inhoudelijke adviezen aan de minister en volgt de subsidiedossiers op.

Ontvankelijkheidsonderzoek. Dit houdt in dat wordt nagekeken of het dossier tijdig en binnen de juiste regelgeving werd ingediend. De afdeling brengt de aanvrager op de hoogte van het resultaat.

Zakelijke beoordeling. De afdeling stelt voor elke ontvankelijke subsidieaanvraag een zakelijk advies (financiële en beheersmatige aspecten) op. Voor de verschillende disciplines en sectoren zijn afzonderlijke beoordelingscriteria opgesteld (met onder meer positionering, langetermijnvisie, landelijke en/of internationale uitstraling). Ze bezorgt elk dossier, samen met de zakelijke beoordeling, aan de beoordelingscommissie. Deze formuleert een inhoudelijk advies.

Opvolging van subsidiedossiers. Nadat de minister of de Vlaamse Regering een beslissing genomen heeft over de aanvragen, doorlopen de dossiers waarover een positieve beslissing is genomen een financiële goedkeuringsprocedure (advies Inspectie van Financiën, vastlegging van het budget, enzovoort) en stelt de afdeling de subsidiebesluiten op. Zodra deze laatste ondertekend zijn door de minister brengt de afdeling de aanvrager op de hoogte van de beslissing. 

De werkingssubsidies worden jaarlijks uitbetaald op basis van een actieplan en een begroting, en verantwoord aan de hand van een inhoudelijk en financieel jaarverslag. De afdeling voert op regelmatige basis visitaties uit om de werking van de organisaties, onder meer aan de hand van de voornoemde documenten, op te volgen.

De projectsubsidies worden verantwoord op basis van een financieel en inhoudelijk verslag. De afdeling controleert deze documenten en nodigt alle aanvragers die 25.000 euro of meer toegekend kregen alsook de aanvragers bij wie zij dit wenselijk acht, uit om aan de hand van het verslag het verloop van het project te komen toelichten. De afdeling communiceert schriftelijk met de aanvrager over de uitbetaling en de in te dienen verantwoordingsstukken.

 

Beoordelingscommissies

Er zijn beoordelingscommissies voor de verschillende sectoren: multidisciplinaire kunstencentra, werkplaatsen en festivals, theater, dans, muziektheater, muziek, beeldende kunst, architectuur en vormgeving, audiovisuele kunsten, kunsteducatie, sociaal-artistieke werking, publicaties. Overkoepelend is er de adviescommissie kunsten.

Inhoudelijke beoordeling. De subsidieaanvragen voor de structurele werkingen en de projecten worden voor kwalitatief-inhoudelijke beoordeling voorgelegd aan de bevoegde beoordelingscommissie. De leden van die commissies zijn mensen die over expertise beschikken in één of meer deelaspecten van het kunstenveld.

De beoordelingscommissies baseren hun adviezen op artistieke/inhoudelijke criteria. De commissie formuleert een advies over de aanvraag voor een werkings- of projectsubsidie en stelt, indien nodig, een rangorde op.

 

Minister en/of Vlaamse Regering

Voor elk aanvraagdossier ontvangt de Vlaamse minister van Cultuur de (zakelijke) adviezen van het agentschap en de (inhoudelijke) adviezen van de beoordelingscommissies. Op basis hiervan neemt de minister een beslissing of formuleert de minister een voorstel aan de Vlaamse Regering, die uiteindelijk beslist.

Bij de beoordeling van de aanvragen hanteert de minister een referentiekader dat overkoepelend is voor alle sectoren en dat sterk bepaald is door de voorgelegde adviezen van de commissies en het agentschap.

De criteria die worden gehanteerd in het Kunstendecreet zijn cruciaal voor de beslissing over de aanvragen. Zo moeten organisaties die een aanvraag indienen voor een meerjarige ondersteuning op artistiek vlak een toonaangevende rol spelen, kwalitatief werk brengen of een wezenlijke bijdrage leveren tot nieuwe ontwikkelingen. Voorts moeten ze een duurzaam professionalisme op financieel en organisatorisch vlak aan de dag leggen, en moet worden gezorgd voor diversiteit en interculturaliteit in het culturele aanbod.