Het borgen van Immaterieel Cultureel Erfgoed

Regelgeving

Reglement Immaterieel Cultureel Erfgoed

Het ratificeren van de UNESCO conventie voor het borgen van het immaterieel cultureel erfgoed (2003) zorgt ervoor dat de Vlaamse Gemeenschap een beleid moet ontwikkelen voor het immaterieel cultureel erfgoed. De Visienota van minister Schauvliege (2010) vormt de leidraad voor de ontwikkeling hiervan.

De Vlaamse Gemeenschap bakent voor zichzelf drie opdrachten af:

  • de uitbouw van instrumentarium dat de gemeenschappen, groepen en individuen begeleidt in het herkennen, benoemen en doorgeven van het immaterieel cultureel erfgoed (= een faciliterend beleid)
  • de versterking van de kennis en expertise binnen Vlaanderen door internationalisering en het versterken van het beleid voor het immaterieel cultureel erfgoed in het buitenland door kennisdeling en expertise-uitwisseling vanuit Vlaanderen
  • het monitoren van de ontwikkelingen binnen de Vlaamse Gemeenschap.Het Cultureel-erfgoeddecreet vervult een belangrijke rol binnen de eerste opdracht. Organisaties kunnen ook inzetten op het immaterieel cultureel erfgoed. Kennisdeling en expertise-uitwisseling en het vormen van een netwerk voor het opvangen van noden en behoeften binnen het cultureel-erfgoedveld staan in het Culturele-erfgoeddecreet centraal. Het Cultureel-erfgoeddecreet sluit zo perfect aan bij de visienota.

Voor het uitbouwen van een inventaris voor immaterieel cultureel erfgoed kondigde de Vlaamse minister van Cultuur ook in 2011 het Reglement “Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed” af. Op basis daarvan kunnen gemeenschappen, groepen of individuen immaterieel cultureel erfgoed voordragen voor de Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed. Het reglement legt de procedure, de criteria en de deadlines vast.

Een tweede reglement legde de procedures en criteria vast op basis waarvan gemeenschappen, groepen of individuen elementen die al in de Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed zijn opgenomen kunnen voordragen voor nominatie op UNESCO’s “Representatieve Lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid”. Datzelfde reglement bevat ook procedures en richtlijnen voor het vragen van een nominatie voor UNESCO’s “Register van programma’s, activiteiten en acties die het best de principes van de conventie weerspiegelen”; het zogenaamde “Register van voorbeeldpraktijken”.

Cultureel-erfgoeddecreet

Het Cultureel-erfgoeddecreet staat in voor de uitbouw van een netwerk van cultureel-erfgoedorganisaties. Deze organisaties kunnen zowel inzetten op het roerend als op het immaterieel cultureel erfgoed. 2011 was het eerste beslissingsjaar waarin rekening kon gehouden worden met de Visienota ‘Een beleid voor Immaterieel Cultureel Erfgoed in Vlaanderen’. De Visienota werd door de commissie Landelijke expertisecentra voor cultureel erfgoed en landelijke cultureel-erfgoedorganisaties voor volkscultuur gehanteerd in het adviseringsproces.  

 

Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed

Op basis van het Reglement “Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed” dienden in 2011 14 gemeenschappen, groepen of individuen een aanvraag in voor opname in de Inventaris Vlaanderen. De ad hoc commissie Immaterieel Cultureel Erfgoed gaf een advies over elk van deze aanvragen. Kunsten en Erfgoed legde een ontwerp van beslissing voor aan de minister. De minister volgde het advies van de commissie en het ontwerp van beslissing en voegde volgende 7 elementen toe aan de Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed:

  • de Zevenjaarlijkse Kroningsfeesten van Tongeren
  • de Last Post plechtigheid in Ieper
  • het Hanenzetten in Vlaanderen
  • de Belgische biercultuur
  • de Vlaamse Beiaardcultuur
  • het Kant maken in Vlaanderen
  • de 25-jaarlijkse ommegang van de Hegge.

Samen met de 19 al opgenomen elementen staan er sinds juli 2011 26 elementen op de Inventaris Vlaanderen voor Immaterieel Cultureel Erfgoed.

 

Internationale Lijsten en het Register

Kunsten en Erfgoed behandelde in 2011 ook 1 aanvraag voor nominatie op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid (artikel 16 van de conventie) – “Garnaalvisserij te paard in Oostduinkerke” - en 1 aanvraag voor nominatie voor het Register van voorbeeldpraktijken (artikel 18 van de conventie) – “Geel: a contemporary community-based care model based on 700 years of experience”.
Beide dossiers werden vóór 31 maart 2011 naar het UNESCO-secretariaat van de conventie in Parijs verstuurd. Ten vroegste in november 2012 neemt het intergouvernementeel comité van de conventie hierover een beslissing.

Het agentschap nam deel aan de zesde vergadering van het Intergouvernementeel comité in Bali (Indonesië) van 19 tot 30 november 2011. Het Intergouvernementeel comité nam tijdens deze vergadering:

  • het programma “A programme of cultivating ludodiversity: safeguarding traditional games in Flanders” op in het Register van voorbeeldpraktijken
  • het element “Leuven age set ritual repertoire” op de Representatieve Lijst van het Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid op.

 

Financiële bijdrage aan UNESCO

Het agentschap betaalde in 2011 zijn jaarlijkse bijdrage die ditmaal 13.089,48 euro bedroeg. De hoogte van het bedrag schommelt naargelang van de totale bijdrage van België en is gelijk aan 1% van dat totale bedrag. Daarnaast wordt de Belgische bijdrage aan de Conventie verdeeld over de drie Gemeenschappen volgens een vooraf bepaalde verdeelsleutel.

 

Interactieve website met databank voor Immaterieel Cultureel Erfgoed

De Vlaamse Gemeenschap neemt haar faciliterende taken niet alleen op door organisaties en verenigingen te ondersteunen op basis van het Cultureel-erfgoeddecreet maar ook door het investeren in de ontwikkeling van een interactieve website met databank voor het immaterieel cultureel erfgoed. Ook de uitbouw van dit instrument is opgenomen in de Visienota van de minister. In de Visienota stelt de minister dat er nood is aan een instrument dat kennis deelt, expertise uitwisselt, elementen in verband brengt met elkaar, methodieken voor het borgen van het immaterieel cultureel erfgoed uitwisselt, experten en elementen met elkaar in contact brengt … In 2011 verfijnde Kunsten en Erfgoed het concept van deze “databank”. Om aan elk van de verwachtingen tegemoet te kunnen komen zal een interactieve website met databank worden ontwikkeld. In 2011 werd de opdracht door het Departement CJSM aanbesteed en toegewezen. Pure Sign een internetbedrijf uit Gent, zal de interactieve website met databank ontwikkelen.
In de databank zullen gemeenschappen, groepen en individuen het immaterieel cultureel erfgoed, de betrokken gemeenschap of groep of de betrokken individuen kunnen beschrijven en zullen ze de maatregelen die ze nemen, of wensen te nemen, kunnen registreren. Ook experts en organisaties met expertise in één of meerdere domeinen of met kennis van zaken over één of meerder borgingsmethodieken zullen zich kunnen registeren in de databank. De databank wordt ontwikkeld in Collective Access.
De interactieve website zal discussiegroepen bevatten waar gemeenschappen, groepen of individuen en ook experts kunnen discussiëren of van gedachte wisselen over het immaterieel cultureel erfgoed, borgingsmethodieken en –maatregelen die kunnen genomen worden om het immaterieel cultureel erfgoed maximale kansen te geven.

Het is de bedoeling dat er een dynamische community ontstaat op de website die het immaterieel cultureel erfgoed in Vlaanderen borgt en ondersteunt.

De interactieve website wordt in 2012 ontwikkeld.